Snertweer

Ooit, lang lang geleden, lustte ik geen erwtensoep. Wat bezielde me, vraag ik me wel eens af. Erwtensoep is nu namelijk één van mijn favoriete wintergerechten. Sterker nog: de groene pap staat inmiddels denk ik op een gedeelde eerste plek met mijn andere favoriet, stamppot andijvie.
Misschien heeft deze soep mijn voorkeur doordat het in dit geval niet een voorgerecht is maar een hele maaltijd. Wel zo makkelijk met pannen en de afwas. En anders wel omdat het gewoon zo heerlijk opwarmt na een schaats- of fietstochtje bij min vijf.
Het probleem is alleen dat ik niet zo graag erwtensoep maak, omdat het al snel een paar uur in beslag neemt. Of een hele dag als je het goed wilt doen, want de tweede dag is de soep nog meer gebonden en is de smaak lekker door de hele substantie getrokken. Daar heb ik vaak het geduld niet voor.
Gelukkig is mijn vader een fervent erwtensoepbereider en houdt hij altijd wat voor mij over om mee naar huis te nemen. Dan ben ik er meteen zeker van dat ik drie dagen niet meer hoef te koken, want zijn soep is nog voedzamer dan drie blikken van de beste fabriekssoep samen. En nóg lekkerder.
Waar mijn vader echter niet voor kan zorgen is verse croutons. Dus terwijl ik de verse soep langzaam opwarm in een pannetje, snij ik wat brood, besprenkel ik het met olijfolie en wat zout en bak ik het langzaam krokant in de koekenpan. En warm ik na tien minuutjes op met verse snert met knapperige croutons. Bedankt, pap!
Bekijk ook
Melk in een ander jasjeNederlanders houden van zuivel. Ik ben daarop beslist geen uitzondering. Met een glas melk per dag, een plakje kaas op brood, soms room door mijn maaltijd en een bakje vla of yoghurt toe kom ik toch al snel aan mijn melktaks. Daarom heb ik onlangs wat alternatieve melkbronnen aangeboord: soja- en amandelmelk.