Ambachtelijk koud

Er zijn intussen ruim 550 ijssalons in Nederland, bijna het dubbele van het aantal zaken tien jaar geleden. Als paddenstoelen schieten ze de grond uit, de ene nog luxueuzer en met meer smaken dan de andere.
Waar we vroeger tevreden waren met een bolletje vanille, aarbei en - als we gek deden - straciatella, kan het nu niet exclusief genoeg. De ijssalons gaan er prat op hun eigen ijs te maken op een ambachtelijke manier, met de beste ingrediënten. Daar komen dan smaken uit als after eight, bokkepootjes, smurfen, appeltaart, pistache of strawberry cheesecake. Allemaal uitgestald in de vitrine in bakken met zo'n mooie krul erop, om je vingers bij op te eten.
Mij hoor je niet klagen. Ik ben een groot fan van een uitgebreid assortiment, ook al levert het meestal wel keuzestress op. Meer dan drie bolletjes kunnen er namelijk echt niet in een hoorntje. En dat is eigenlijk al te veel. Al die smaken brengen bovendien wel een risico met zich mee: ze zijn zo apart dat ze niet altijd samen gaan, terwijl dat vroeger niet zo snel een probleem zou zijn geweest. Pure chocola en kauwgumballensmaak lijkt me bijvoorbeeld niet zo'n beste combi. Daarom ben ik zelf meer van de 'oud & nieuw-combinatie': een bolletje traditioneel met een bolletje nieuw.
Een pluspuntje dat de keuzestress trouwens iets draaglijker maakt: er komen naast ijssalons ook steeds meer ijskarren in Nederland. Dat draagt bij aan het ambachtelijke gevoel, maar beperkt gelukkig ook de ruime keuze.
Bekijk ook
Griekenland in huisZonnige dagen brengen mij al snel in vakantiestemming. En in gedachten waar ik dan rond in de Mediterraanse keuken met allerlei kruiden, groenten, olijfolie en kazen. Kon ik maar even op en neer naar Griekenland voor een frisse salade of een echte pita met lam en tzatzikisaus. Ach, beter haal je die keuken gewoon hierheen!