Geen opa-slinger voor mij
Stukjes. Alleen maar stukjes. Altijd als ik met een gewoon mesje een aardappel probeer te schillen in één lange slinger, eindig ik met lullige stukjes die nog net niet dikker dan lang zijn. Mijn hand verkrampt en de halve aardappel wordt versneden. Met een dunschiller gebeurt dat trouwens ook, maar in iets mindere mate. Het enige waarbij het meestal wel lukt is mandarijntjes. Maar ach, die zijn zó klein dat breken haast onmogelijk is.Mijn grote aardappelschilvoorbeeld is mijn opa. Die man kon in no time een hele pan vol bintjes schillen, praten met de buurman en intussen mij versieren met de langste aardappelschilslingers die ik ooit had gezien. Hetzelfde gold voor appels trouwens, waarvan de schillen toch iets appetijtelijker zijn als je ze toegeworpen krijgt.
En ik heb zo vaak geprobeerd zijn kunstje te evenaren. Zelfs als ik me begraaf in een berg aardappels voor een flinke stamppotmaaltijd (zoiets als de 'aardappeleters' van Van Gogh maar dan met schillers), lukt het me slechts bij enkele piepers een schil van maximaal tien centimeter te krijgen. Een beetje triest.
Helaas kan ik mijn opa niet meer vragen het even voor te doen. Daarom ben ik soms erg geneigd om maar gewoon de voorgeschilde aardappelen in een zakje te kopen. Werkt ook prima, smaakt lekker, maar mist dat gevoel van autonomie. Dus soms bak ik ze maar in de oven, met jasje en al. Ook heel lekker, maar natuurlijk niet ouderwets op z'n opa's. Helaas.
Bekijk ook
Waar is het water?Helemaal gratis hoeft heus niet, maar ik vind dat ik best om kraanwater kan vragen in de horeca. Tenzij ik urenlang niets anders consumeer, mist het restaurant of café weinig inkomsten, zeker omdat ik sowieso niet echt een grote drinker ben. Maar waarom is het dan toch altijd zo ongemakkelijk als ik om een glaasje water vraag bij mijn koffie of wijntje?